Artikel bij 4. Dag van Bazuingeschal
2 maart 2008
“Daarom zegt het: Ontwaak gij die slaapt, en sta op uit de doden, en Christus zal over u lichten (Ef.5:14). Want u meent levend te zijn, en toch bent u dood (Op.3:1-6). Zie dan toe van hoe hoog u gevallen bent en bekeert u en zorg dat uw lamp gevuld is met olie van de Heilige Geest, zodat u de Bruidegom tegemoet kunt treden.”
We leven in de “laatste dagen waarin zware tijden zullen komen” (2Tim.3:1). Zoals in 70 na Christus de verwoesting van Jeruzalem samenging met een verplaatsing van Gods genadetijd voor de heidenen, zo zal in onze dagen de genadetijd voor Gods uitverkoren volk Israël aanbreken. Dit in samenhang met weeën die over de aarde zullen komen (Jes.2, 60), en met een toenemend verval van een Kerksysteem dat zich inlaat met heidense smetten (2Kor.6:14-18). Een verval dat reeds was ingezet toen Christus´ bruid omstreeks de 4e eeuw werd afgesneden van de edele olijf en in een overspelig huwelijk met het Romeinse wereldsysteem kwam te staan, afgesneden van de vruchtbare sappen van de Geest (Jes.56:3, Joh.18:36, Rom.11:17).
Ja, dit zijn de dagen van een verdergaand verval van het Kerksysteem, zij het niet dat God een geheiligd overblijfsel heeft bewaard. Maar God staat niet toe dat het gehele Kerksysteem in overspel met de wereld valt. Want spoedig zal het zwaard1 komen om Christus´ bruid af te snijden van hen die wel trachten in te gaan, maar niet kunnen (Luk.13:24).2 Zware tijden zullen aanbreken en vaneenscheiding zal plaatsvinden tussen Christus’ bruid en een christendom dat wel “een gedaante van godzaligheid heeft, maar de kracht ervan verloochent” (2Tim.3:5).3
Het zwaard van de Geest zal komen om te louteren en dan zal men wederom het onderscheid zien tussen wie God dient en wie God niet dient (Efe.6:17, Mal.3:18). Het zwaard zal komen om ons uit de misleiding te wekken zodat wij onze geestelijke gesteldheid onder ogen zullen zien, en om scheiding te brengen tussen ‘warm’ en ‘koud’ (Op.3:1-6, 3:15-17). En Zijn middel om ons te beproeven zal zijn ellende; ellende zoals ook Job dat overkwam. Maar zij die door de beproeving heen zullen volharden, hun zal een plek gegeven worden om met Hem te overwinnen (2Tim.2:12).
Ja, de tijd zal komen dat wij “gemeten” zullen worden en het “nog eenmaal” heeft geklonken (Op.11:1, Hebr.12:25-29). Dit zal ons moeten leiden naar de plek van verootmoediging&voorbede. Want zoals de verootmoediging&voorbede van de profeet Daniël voorafging aan een uittocht van het volk Israël uit de Babylonische ballingschap, zo zal dit in onze dagen aan de basis staan van een uittocht uit de ‘ballingschap’ waarin de Kerk zich bevindt, waarna uiteindelijk de ruïne van Gods tempel herbouwd kan worden (Hag.1:4-8). De roepstem van de Bruidegom aan Zijn bruid is om weg te trekken uit het ‘Egypte-van-het-Kerksysteem’, de woestijn in (Ex.5:1). Ja, door storm heen is Hij zijn gunstgenoten aan het verzamelen, die met Hem een verbond zullen sluiten (Ps.50:1-5). Hij is Zijn bruid “de woestijn” in aan het lokken, naar de plek “buiten de legerplaats”, om daar Zijn aangezicht te zoeken (Hos.2:13, Hebr.13:13, Ex.32:26, 33:7). De wildernis zal de plek zijn waarheen de bruid dient uit te trekken. Dat is de plek waar God tot haar hart zal spreken en het verbond met haar zal vernieuwen door reiniging en heiligmaking (Hos.2:13-22, Efe.5:26-27).
“Zoals de verootmoediging&voorbede van de profeet Daniël voorafging aan een uittocht van het volk Israël uit ballingschap, zo zal dit in onze dagen aan de basis staan van een uittocht uit de ‘ballingschap’ waarin de Kerk zich bevindt, waarna uiteindelijk de ruïne van Gods tempel herbouwd kan worden”
Dit zijn de dagen waarin God de gelovigen-uit-de-heidenen en Zijn uitverkoren volk Israël weer tot “één nieuwe mens” zal samensmeden, om haar als bruid aan Christus voor te kunnen stellen (Efe.2:15, Joh.17:21, Op.21:9-10). Zorg daarom dat u niet een ‘Orpa’ bent, maar een ‘Ruth’ die de ‘Naomi’ in onze tijd in geestelijke zin zal vergezellen op haar terugtocht naar het beloofde land, hetgeen u zal brengen in Sion (Ruth 1:16, Jes.56:3-8). Maak er ernst mee dat u als de wijze maagden zult zijn en niet als de dwaze maagden (Mat.25:1-13). Ja, scheid u af van het religieuze Babylon en verzamelt u eenparig als lokaal Lichaam van Christus in verootmoediging&voorbede, om zo door bekering heen de Here Zijn genade af te smeken voor een geestelijk herstel (Joël 2:12-17, 2Kron.7:14). Want Hij zoekt een waakzame, biddende bruid in wie Hij de olie van Zijn Geest kan uitstorten (Mat.24:42-44, Joël2:28).
Ja, God zal de Geest der genade en der gebeden uitstorten, welke zal leiden tot een geopende bron voor loutering en reiniging van zonde (Zach.12:10, 13:1,7-9). Een doop-in-Zijn-dood tot rechtvaardigmaking van zonde zal een vernieuwing betekenen van het verbond tussen bruid en Bruidegom (Rom.6) en zal voorafgaan aan een nieuwe doop met de Heilige Geest. Maak uzelf gereed door reiniging en heiligmaking, zodat Hij uw ‘wijnzak’ kan vullen met nieuwe wijn van Zijn Geest (Mark.2:22, Joh.14:15-16, 1Thes.4:7-8).
Voor kerkleiders is hierin een belangrijke verantwoordelijkheid weggelegd, aangezien Jezus hen als opzieners over Zijn kudde heeft aangesteld. Daarom klinkt eerst aan hen de oproep om zich klaar te maken en de roepstem van de Bruidegom te volgen, om vervolgens de aan hen toevertrouwde ‘schapen’ de weg te kunnen wijzen. Want het zwaard zal komen tegen de herders die zichzelf weiden (Eze.34:1-2)! Wees als ‘David’ en niet als ‘Saul’ die weigerde Gods bevelen op te volgen als opziener over het volk (1Sam.13:14, Hand.13:22). Ja, wees niet als ´Eli´ die zijn geestelijke verantwoordelijkheid ontliep en daar de gevolgen van moest ondervinden, evenals zijn huis (1Sam.3:11-14).
Noten
1 De Bijbel zegt dat Gods woord een (tweesnijdend) zwaard van de Geest is dat vaneenscheidt ziel en geest (Efe.6:17, Hebr.4:12). Opmerkelijk is ook de uitspraak van Jezus zelf dat Hij niet gekomen is “om vrede te brengen maar het zwaard” (Mat.10:34).
2 Ondanks dat in Openbaring 21:10 met de bruid of vrouw van het Lam (de inwoners van) het Nieuwe Jeruzalem bedoeld wordt, vergemakkelijkt het hier om te spreken van Christus´ bruid als zijnde de genodigden (voor Zijn Bruiloft), die zich hebben afgescheiden van het systeem van Babylon en zich gereinigd hebben door het bloed van het Lam (Op.18:4, 19:6-9).
3 Het onderscheid tussen Christus’ Bruid en schijnchristendom is ook te begrijpen aan de hand van het onderscheid tussen de 5 wijze en de 5 dwaze maagden (Mat.25:1-13): Beide groepen verwachtten de Bruidegom en bevonden zich onder elkaar, maar slechts één groep had zich gereed gemaakt voor Zijn komst en werd binnengelaten in de bruiloftszaal. Bovendien was ook hier sprake van een “geroep midden in de nacht” (spreekt van donkere tijden) en van “uitgaan Hem tegemoet” (vs. 6).